Het principe waarop oled-verlichting is gebaseerd, is vergelijkbaar met dat van de led-lamp: stroom gaat doorheen een halfgeleider en laat die oplichten. Het belangrijkste verschil zit in de lichtverspreiding: waar dit bij een led beperkt blijft tot een lichtpuntje, kan bij een oled een groot, tweedimensionaal vlak stralen – opgebouwd uit het lichtgevende plastic. En net zoals bij de led kan dat licht alle kleuren van de regenboog aannemen.
Zacht, diffuus licht
Oleds worden al gebruikt in schermen van smartphones en televisies, ter vervanging van de lcd-schermen die achtergrondverlichting nodig hebben en niet flexibel (en dus gemakkelijk breekbaar) zijn. Maar het zachte, diffuse licht dat oleds uitstralen komt het best tot uiting in een heel andere setting: de huiskamer.
Feeërieke lichtgolven
Bedrijven zoals Osram, Philips en Etap zijn volop bezig het licht opnieuw uit te vinden. Een van de meest in het oog springende producten van Philips is de Lumiblade: een lichtgevend paneel op basis van oleds dat op een computer is aangesloten en daardoor feeërieke lichtgolven creëert – zachtjes bewegend, eventueel op het ritme van de muziek of de beweging van je kamergenoten. Het interessante aan deze technologie is de superdunne vorm, de lage warmte-uitstraling en de energiezuinigheid.
Lichtgevende vensters
Voor binnenhuisarchitecten biedt de oled-technologie een resem aan nieuwe designmogelijkheden. Zo kunnen oleds verwerkt worden in vensterglas (want ze zijn doorzichtig!), zodat ze overdag (als ze uit staan) het zonlicht doorlaten en ’s avonds de kamer sfeervol verlichten. Maar oleds kunnen ook verwerkt worden in het behangpapier van de toekomst, want ze zijn dankzij hun organische samenstelling uiterst flexibel.
Momenteel zijn oleds nog wat aan de dure kant, maar over vijf jaar zouden ze betaalbaar moeten zijn voor de gemiddelde consument. Dankzij een gloednieuw productieproces – op rollen, net zoals in een papierfabriek – is de maakprijs van oleds nu drastisch aan het dalen.